background image
Daarna op de bruiloft legde zij een gestreept, minder prachtig
gewaad aan, waarvan ik onder mijn relikwieën een snippertje
bezit. Dit gestreepte kleed droeg Maria ook te Kana en bij nog
andere gelegenheden. Met haar bruiloftskleed bezocht zij ook
enige malen de tempel. Zeer rijke mensen verwisselden
gedurende de bruiloft 3 en zelfs 4 malen van kleding.
In haar feestgewaad deed Maria door haar voorkomen denken aan
rijk uitgedoste vrouwen in veel later tijden, zoals aan de keizerin
Helena, of zelfs aan Kunegundis. De gewone, gans omhullende
dracht echter van de joodse vrouwen, die meer op die van de
vrouwen van Rome geleek, verschilde veel van de klederdracht
van die latere keizerinnen. In de buurt van het Cenakel woonden
op Sion zeer vele wevers die allerhande schone stoffen
vervaardigden; dit zag ik voor het eerst naar aanleiding van die
klederen.
***
Jozef droeg een lang, wijd, molenaarsblauw (kielblauw) kleed, dat
van de borst tot de benedenzoom met lussen en haken of knopen
dichtgemaakt was. De wijde mouwen waren aan de zijden met
snoeren bevestigd en waren ver omhooggeslagen; van binnen
waren ze van zakken voorzien.
Om de hals droeg hij als een brede kraag of liever stool (= bij de
rooms-katholieken een koorkleed der priesters, deel van het misgewaad)
die bruin was; op de borst hingen twee witte banen neer, zoals
onze priesters hun befjes (= Onderdeel van ambtskleding van predikant,
maar ook van rechter, advocaat en hoogleraar. Het is een witte, al dan niet
geplooide doek of strook (liggende kraag), die om de hals is bevestigd en op
de borst neerhangt – bij advocaten en rechters het witte ‘slabbetje’ dat over
de toga hangt) dragen, behalve dat ze bij Jozef veel langer waren.
***
Ik heb het hele verloop van het huwelijk van Jozef en Maria, van het 
bruiloftsmaal en de hele feestelijkheid gezien, doch ik zag 
tegelijkertijd zoveel andere zaken en ik ben zo ziek en ik word zo 
Fascikel 3
331