background image
Over heel dat muurtraject tot de noordoosthoek is het oude
rotsfundament van de muur van Manasse nog zichtbaar en
hogerop in de nieuwe of latere muur zijn vele oude, kolossale
stenen uit de oudste muur te herkennen. De muur op de hoek
steunt eveneens op het rotsfundament van de oudste N-O-
hoektoren van Jeruzalem, de toren Chananel uit Nehemias 3, 1.
Op deze hoek zwenkt de muur met een rechthoek naar het zuiden.
Tot dicht bij de Schaapspoort zijn zijn onderste lagen
overblijfselen van de oudste muur; het zijn massale steenblokken,
niet zelden meerdere meters lang, wondernauw tegen mekaar
aansluitend; het zijn, zoals men ze noemt, bossage-stenen met een
effen rand die een gebocheld, oneffen, verheven middenvlak
omgeeft.
5) De Schaapspoort.
80 m ten noorden van de Schaapspoort steunt een uitsprong van
de muur op de grondslagen van een oude toren, die geen andere
kan geweest zijn dan de toren Meah uit Nehemias 3, 1.
Op deze toren volgt de zo-even vermelde Schaapspoort. Soms
werd ze, heel ten onrechte, de Stefanuspoort genoemd.
Uit die poort daalt de weg zeer steil af naar de Kedronvallei, waar
het niveau zich 35 m lager bevindt.
60 m ten zuiden van de Schaapspoort en bij de noordoosthoek van
het door Herodes uitgebreide Tempelplein verheft zich een oude
toren van joodse oorsprong met steenblokken van 5 à 6 m lang en
1 m hoog. Hier gaat de stadsmuur over in de steun- en grondmuur
van het Tempelplein. Heel deze muur vanaf de Schaapspoort tot
de zuidoosthoek van het Tempelplein bestaat tot een aanzienlijke
hoogte uit reusachtige steenlagen, die in het noordelijk deel
teruggaan tot Manasse en die vanaf de dwarsvalleibodem, vanaf
de eetzaal en Gulden Poort (Nehem. 3, 31) verder zuidwaarts
afkomstig zijn van Salomon, althans de onderste lagen.
Fascikel 8
31