background image
872 m, 823 m; de berg Nebo telt er 806 m. Deze laatste top stijgt
1200 m boven de Jordaanvallei uit en is evenwel maar een
simpele heuvel aan de westrand van de oostelijke woestijn
Hamad.
Ten westen daalt het rotsgebergte van Zuid-Belqa zeer steil naar
de Dode Zee af en het is aan deze zijde doorsneden met zeer diepe
ravijnen die soms schier verticale wanden hebben.
De beschrijving van het land tussen de Hiëromax in het noorden
en de Arnon in het zuiden, 2/3 van Oost-Jordaanland, laat zich
samenvatten als volgt: het is een doorlopende bergketen, die ten
oosten de Jordaanvallei afsluit en van noord naar zuid parallel
loopt met de bergketen van Galilea, Samaria en Judea; ze beheerst
de Jordaanvallei van een hoogte van gemiddeld 1200 m.
Van het westen uit gezien biedt de keten door de vele diepe
scheuren of ravijnen een indrukwekkende aanblik, maar van de
oostkant, uit de Syrische woestijn gezien, heeft dat hoogland
slechts het voorkomen van een lage heuvelketen.
De bovenvlakte van de bergketen ontrolt zich onafzienbaar ver
met zachte glooiingen; hier en daar zijn bossen en weiden en
talrijk zijn de waterlopen, hetzij tijdelijke hetzij bestendige.
Fascikel 8
127