background image
verhouding in dat huishouden vervult met verdriet het hart van wie haar
levensbeschrijving leest; het is een treurige schaduwzijde en een
tragisch aspect ervan.
Anderzijds realiseren wij ons dat juist uit die zee van lijden grotendeels
de zegeningen voortgesproten zijn, die in Katarina’s visioenen
opgesloten liggen en er eeuwig aan verbonden zullen blijven. Laten wij
daarom, zonder langer over die verliezen te treuren, ons liever
verheugen over het vele overheerlijke dat door de zorgen van Brentano
uit die ordeloze toestand gered is geworden.
3.
Wij moeten nog een blik werpen op het theater van Jezus’ verschijnen
en optreden in verband met de tegenwoordige toestand. Wij willen
Jezus volgen op de voet; met behulp van kaarten en van een weinig
kennis van het H. Land wordt ons dit mogelijk. Wij verlangen daarom
zoveel mogelijk de ligging te kennen van alle steden en dorpen die Jezus
heeft bezocht en die vermeld worden door de zienster. Nochtans
kunnen ze niet alle met zekerheid en preciesheid gelokaliseerd en
vereenzelvigd worden, noch zijn ze ons alle bekend. In dit verband zijn
de volgende gegevens wel interessant.
Geheel Palestina, doch overwegend Galilea, was met steden en dorpen
bezaaid. Over hun groot aantal zegt Katarina in nr. 203: “Waar thans
nauwelijks drie verwoeste dorpen liggen, zag men er toen bijna 100 en
de bevolking was buitengewoon dicht.”
En in nr. 111: “Er liggen ongelooflijk vele steden en dorpen in Galilea.
In de Bijbel zijn er ongeveer 1500 bij name genoemd en daarvan zijn
nagenoeg de helft teruggevonden en gekend: dit is veel voor een land
dat in de loop van zoveel eeuwen geheel omgewoeld werd. De andere
helft zijn verloren of niet met zekerheid aan te wijzen. Een deel van
deze verloren plaatsen zijn tot hun fundamenten toe verdwenen.
“Ik heb deze nacht een groot aantal steden gezien, zegt K. in nr. 330,
waarvan absoluut niets meer overblijft.”
Dit wordt door de exegeet Prat bevestigd in deze woorden: “Hoevele
steden hebben geen enkel spoor van hun bestaan op Palestina’s bodem
nagelaten! Meer dan van welk ander land ook kan men van Palestina
zeggen dat zelfs de ruïnes van vele steden zijn vergaan.” (Jésus Christ, I,
353; cfr. Mislin, II, 49, 56; Guérin, Terre sainte, introduction).
Fascikel 9
4