background image
Wanneer nu Jezus de school binnenging, zag ik Hem weerom vele
kinderen zegenen, door de moeders Hem aangebracht. Daaronder
waren er ook enige melaatse die Hij genas. Ik zag dat Jezus in
zijn toespraak in de school telkens opnieuw onderbroken werd
door geleerden, die Hem allerhande ingewikkelde vragen
voorlegden en dat Hij hen allen tot zwijgen bracht. De
moeilijkheid van de rechtsgeleerde beantwoordde Hij uit de
Wet van Mozes op verrassende wijze, en toen men het
vraagstuk van de echtscheiding te berde bracht,
verwierp Hij ze onvoorwaardelijk: gescheiden konden
de echtgenoten niet worden; maar wanneer de man
op geen manier met de vrouw kon leven, dan mocht
hij ze heenzenden, maar zij bleven één vlees en
mochten geen nieuw huwelijk aangaan; dit was de
Joden volstrekt niet naar de zin.
De arts vroeg Hem of Hij wist wie van een droge, en wie van een
vochtige natuur is, onder welke planeten zulk een mens geboren
is, en welke geneeskruiden men aan zo of zulk een mens moet
geven en hoe het menselijk lichaam geschapen of ineengestoken
is?
Jezus antwoordde hem als was hij een meester in het
vak en wees ter illustratie op de lichaamsgesteldheid
van enige aanwezigen, op hun ziekten en de
geschikte geneesmiddelen er tegen.
Hij sprak van het menselijk lichaam met een kennis
die aan de geneesheer totaal onbekend was.
Hij sprak van het lichaam van de geest en hoe het op
het lichaam inwerkt50;
50 Het ‘lichaam van de geest’, Leib des Geistes, uitdrukking waarmee de
vertalers geen raad geweten hebben, betekent: uitwendige handelingen,
vormen van inwendige akten en gevoelens; deze uiten zich daarin, krijgen er
belichaming en gestalte in; zulke handelingen zijn ontelbaar,
b.v. in het gebed de handen vouwen,
de ogen verheffen,
Fascikel 9
118