background image
Hij schilde eerst de grasgrond in een ronde vorm weg en groef
dan door de harde mergelgrond een rondvormige, grote vijver,
zeer schoon en zorgvuldig, en bevloerde de bodem met
verschillende stenen, uitgenomen in het midden op de diepste
plaats, waar hij tot op een kleine waterbron gegraven had, met de
uitgegraven aarde legde hij hierna rondom de vijver een rand aan,
die op 5 plaatsen doorsneden was.
Wij vinden er vele bij Ezekiël en hieruit nemen wij onvolledig het volgende
voorbeeld: “Mensenzoon, gij moet een scherp zwaard riemen en daarmee
als met een scheermes uw haar en baard afscheren; haal dan een
weegschaal om de haren nauwkeurig te verdelen; een derde deel moet gij in
de stad verbranden, een ander derde in haar omgeving neersabelen, het
laatste derde in de wind verstrooien. Uit de laatste moet gij er een paar, een
zeker aantal opvangen en ze binden in de zomen van uw kleed; zelfs van
deze moet gij er nog afnemen om ze in het vuur te verbranden.”
Hierna beveelt God de profeet aan het huis Israël de rampen aan te
kondigen die er door verzinnebeeld zijn (Ezek. 5, 1, enz.).
Fascikel 10
178