background image
Of ze slechts met aarde bedekt of door oorlog vernietigd waren,
weet ik nu niet. Later werd er door Helena, zo ik meen, een kerk
gebouwd. Joannes had er zijn tent tussen opgericht87.
De juiste plek waar de Verbondsark in de Jordaan neergezet was
geworden, is die van de doopvijver van Jezus op het eiland, dat
onlangs uit het water te voorschijn kwam.
Hier lost K. dus weer een schriftuurprobleem op en anderzijds wordt haar
mededeling door de H. Schrift bevestigd. Daaruit volgt ook dat haar andere
mededelingen over Melchisedek betreffende het hier en daar plaatsen van
stenen als een grondslag en aankondiging van toekomstige heilswerken, ja
ook haar verklaring over het engel-zijn van Melchisedek (zie fasc. 10, nr.
269, voetnoot 78) niet te versmaden zijn.
Het waren dooraderde, doorbloemde stenen; zulke noemt men
dendrietste
n
ne ; ze vertonen op hun vlakken, als men ze breekt of splijt,
figuren van heesters of planten, gelijk bevroren dampen op vensterruiten
bloemen vertonen.
De uitdrukking ‘Joannes plaatste zijn tent tussen de stenen’ zou volgens
andere gezegden, b.v. in nr. 314 zo te verstaan kunnen zijn:
‘tussen de 12 stenen in het noorden enerzijds en de steen der Verbondsark
in het zuiden anderzijds.’
87 Later een kerk. – In Hiëronymus’ tijd waren die stenen overgebracht naar
het dorp Gilgal. De oude pelgrims vermelden een kerk te Gilgal (djeldjoel);
deze is nu gans vernietigd, maar men veronderstelt dat ze gestaan heeft p
o
een aardterras, waar vele mozaïeksteentjes liggen, die afkomstig geacht
worden van die kerk.
Hier uit Brentano in een nota het vermoeden dat die stenen door Joannes’
verblijf alhier weer aan de dag kunnen gekomen zijn, of dat ze wellicht door
andere vervangen waren in een later tijd, want Hiëronymus verzekert dat de
H. Paula ze te Gilgal gezien heeft; Eusebius verklaart in zijn Onomasticon
dat ze in zijn tijd te Gilgal nog bestonden; Joannes Moshus vertelt van abt
Agiodulus dat hij van God de genade bekomen had de 12 stenen te zien, die
‘in de Jordaan opgericht werden’.
(Dit laatste wijst op een verwarring tussen de 12 stenen die aan land
gebracht werden en de 12 die in de Jordaan bleven liggen.)
In zijn nota zegt Brentano nog (wat van minder belang is), dat de Doper op
die stenen wees, naar de mening van sommige kerkvaders, toen hij zegde:
“God kan uit die stenen kinderen van Abraham verwekken.”
Fascikel 10
224