background image
vogels, zon, aarde, water, kudden en veldarbeid, al
naar gelang deze voorwerpen zich aanboden. (cfr.
fasc. 11, nr. 301, alsook voetnoot 95).
Zo onderrichtte Hij ook de jongens onbeschrijfelijk
schoon, maar stoornis heeft mij de meeste bijzonderheden
daarvan doen vergeten.
Zo b.v. leerde hij de jongens over Jabob en de bronput,
die de aartsvader hier gegraven had (nr. 657) en
hoe het levende water hun nu toegevloeid kwam.
Hij sprak hun ook van hetgeen Hij noemde ‘de
bronnen bedelven of verstoppen’, gelijk de vijanden
van Abraham en Jakob gedaan hadden. (cfr. Gen. 21,
25, 12-22). Hij paste dit toe op hen die de leer van de
profeten wilden onderdrukken en hun wonderen
beletten, of het uitwerksel ervan verijdelen en Hij zag
er een beeld in van de Farizeeën, die Hem op deze
manier tegenwerkten.
Hij ging met de kinderen westwaarts op de hoogte van Abel-
Mehola.
Fascikel 17
1087