background image
Jezus leert en heelt te Bezek.
672.
6 september. –
Bij Jezus hier te Bezek zijn nu wel 30 leerlingen. Samen met
Lazarus zijn leerlingen uit Jeruzalem en omstreken en ook
verscheidene Joannes-leerlingen aangekomen. Enige kwamen
recht van Macherunt (Macherus) met een boodschap van Joannes
voor Jezus. Joannes liet Jezus dringend verzoeken toch
duidelijker en openlijk te verklaren dat Hij de Messias was en dit
door zijn optreden overtuigend te bewijzen. Verdere
bijzonderheden ben ik vergeten, maar dit was niet het gezantschap
dat in het Evangelie vermeld is. (Mt. 11, 6).
‐ Bij het gezantschap was de zoon van een weduwnaar Kleofas
(Azo), ik meen de Kleofas van Emmaüs, die met Kleofas, de
man der oudste zuster van Maria vermaagschapt is.
‐ Een andere van die leerlingen was Judas Barsabas, die met
Zakarias uit Hebron vermaagschapt is. Zijn ouders hadden
vroeger te Nazareth gewoond, doch woonden nu te Kana.
Benevens DEZE Joannes-leerlingen vallen mij nog andere in:
‐ drie zonen van Maria Heli, ik bedoel de oudste zuster der H.
Maagd, waren leerlingen van Joannes.
Één van hen heette Mattias of Matteüs321.
Zij waren zo lang na hun zuster Maria van Kleofas geboren,
321 Gewoonlijk noemt K.E. als zonen van Maria Heli: Heliakim, Jakobus,
Sadok, behalve hier en nog in de nrs. 673, 686, 697.
We hoeven niet aan te nemen dat het een vergissing is, want het gebeurde
niet zelden, zoals het ook uit de H. Schrift blijkt, dat een Jood twee namen
had, die echter dezelfde betekenis hadden.
Zo betekenen hier Eliakim of ook Joakim hetzelfde als Matteüs, in het
Hebreeuws Mattaï, d.i. ‘gave’, ‘geschenk van God’,
terwijl Joakim en Eliakim of Heliakim geheel dezelfde zin hebben: ‘die door
God geschonken is’.
Fascikel 17
1093