background image
gedachtenis van Elias een leerzuil gebouwd, die door een open
tempeltje van acht zuilen overwelfd was. De beide oevers van de
smalle beek waren met trappen of banken voor de toehoorders
ingericht en nu geheel met mensen bezet; de leerstoel bestond uit
een lage zuil (breed, niet hoog voetstuk) met een kansel of kuip er
op. Men bereikte hem langs trappen binnen in de zuil349.
Van op deze kansel sprak Jezus het volk toe en
wendde zich onder het spreken naar alle zijden.
Het was heden de gedenkdag van Elias in deze stad,
omdat er hem op deze dag bij de beek iets geschied
was. Was Elias heden hier aangekomen of van hier vertrokken,
dat weet ik niet. Na deze lering was in een bad- of lusthof
vóór de stad een maaltijd. Deze eindigde evenwel eer de sabbat
begon350, omdat het de volgende dag een vastendag was wegens
de moord op Godolias.
349 De Bijbelse beek Kerit of Krit, waarbij Elias zich een tijdlang ophield, is
onbekend. De enen zoeken die ten westen van de Jordaan (el-Qelt).
Anderen, onder wie Eusebius en Hiëronymus ten oosten van de Jordaan
zonder nadere bepaling. Sommigen denken aan de rivier Jabis, ten oosten
van de stroom.
Zoals men ziet zou volgens K. de huidige rivier Qoëilbi hem
herbergzaamheid bewezen hebben. Het is wel eigenaardig en het zegt wel
iets dat, 2 km ten noordoosten van de plaats waar wij de brug met leerstoel
van Elias veronderstellen, een bron de naam ‘el-Habis’, d.i. ‘van de monnik
of kluizenaar’ draagt (genoteerd op de kaart ‘Israël’).
350 De maaltijd eindigde eer de sabbat begon. – Onder sabbat is hier weer
een vastendag verstaan; hij valt, in overeenstemming met de joodse
kalender op 3 Tisra, dát jaar 24 september.
Vaak noemt K., zoals ook de H. Schrift, een feest- of vastendag sabbat,
zie fasc. 13, nr. 432, voetnoot 194 en nr. 451, voetnoot 207.
Deze vasten was voor de dood van Godolias, die na de wegvoering van de
Joden naar Babylon en na de verwoesting van Jeruzalem landvoogd van
Judea was voor Nabuchodonosor. Hij was de Joden genegen en een vriend
van de profeet Jeremias, wat begrijpelijk is, daar deze de Joden opwekte
zich, om beterswil, aan de overheerser te onderwerpen.
Hierom werd hij ook door zijn landgenoten al als collaborateur versmaad.
Fascikel 17
1218