background image
Van Betanat ging Jezus noordwaarts naar Galgala, een schone
stad aan beide zijden van een grote landweg gelegen483.
Hij ging er met vele leerlingen naar de synagoge. Hier waren
Farizeeën en in een strenge toespraak had Hij het
(vooral) op hen gemunt. Hij legde de voorzeggingen
van de profeet Malakias uit, die op de Messias, de
Voorloper Joannes en op de nieuwe, reine offerande
betrekking hebben en Hij verklaarde dat die tijd nu
gekomen was (Mal. 1, 10-11; 3, 1-4; 4, 5-6).
Hij ging van hier verder, oostwaarts naar Elkeza, ten noorden van
Safed, waar de profeet Nahum geboren is (Nah. 1, 1)484.
483 Galgala. – In fasc. 7, nr. 174, voetnoot 370 is reeds aangetoond van welk
belang deze mededeling is over het bestaan van een Galgala aan de grote
landweg en in de buurt van Safed.
Wetenschappelijk is de stad en haar ligging volkomen onbekend.
Op grond van K.’s mededelingen kunnen wij ze bij benadering aanduiden.
Zie grote kaarten 1 en 2. Op de laatste is heel deze rondreis van Jezus
uitgestippeld.
484 Elkeze = Elkeza = Ain ez-Zeitoen en Ain Zeitim. –
Al wat wij van Elkeze 1 weten uit de H. Schrift is, dat de profeet Nahum zich
een Elkeziet noemt, man van Elkeze, afkomstig van Elkeze (Nah. 1, 1).
Op aanwijzing van K. kunnen wij met de grootste waarschijnlijkheid, voor
ons persoonlijk bijna zekerheid, Elkeze vereenzelvigen met de dubbele
plaats Ain ez-Zeitoen en Ain Zeitim.
Te Zeitim ligt de voornaamste ruïne, terwijl Zeitoen nog een bewoond dorp
is; beide lokaliteiten hoorden toen wel samen, zoals dit dikwijls voorkwam en
zelfs nu nog vaak het geval is.
De twee dorpshelften liggen 1 en 2 km ten noordnoordwesten van Safed.
De naam AIN wijst er op dat elke plaats de bron heeft, die door K. te Elkeze
vermeld wordt. Één van beide heeft er zelfs twee.
Het letterteken ‘R’ op kaart Pal. Grid duidt een ‘ruïne aan uit de oudheid’.
Van Zeitim zegt Guide bleu: “c’est un ancien site israélite” (blz. 190).
Voor de bronnen, zie Delancker, blz. 273 en Guérin, Gal. II, 427.
Niet ver van daar wijst K. op een klein meertje, waarover wij het straks zullen
hebben; heel zeker is dit een versterking van onze bewijsvoering voor de
identificatie van Elkeze met Ain Zeitim en Zeitoen.
Fascikel 21
1777