background image
Hij wendt zich nu westwaarts en gaat over de bergtop of berghelling
Hazzoer, daalt weer af in een vallei of volgt ze zelfs een tijdlang en komt op
de djebel of berg Koemmaneh.
Hier bevindt Hij zich op een hoogte, d.i. berg, vóór de stad Abram.
Jezus bevindt zich op de berg, niet de stad, die verder naar het westen ligt
op een lager niveau; de stad ziet men vóór zich in de verte: Abram is het
huidige Kabra.
Abram = ‘Ebron = Hebron = Kabra. –
Abram heet in het Hebreeuws ‘EBRON, HEBRON.
Als grensstad ligt ze tussen twee andere grenssteden Kaboel en Rohob
(Jos. 19, 28).
‘EBRON heeft in het Hebreeuws een sterke aanblazing en deze wordt in het
Galilees dialect, zoals in het Arabisch, gemakkelijk ‘K’; men vindt deze in de
naam Kabra. De eind-‘on’ verandert in ‘a’ (cfr. VOORREDE, nr. 4).
Ook ligt Kabra op de lijn die door de grens van Aser gevolgd werd.
Voorbeelden van genoemde veranderingen in de namen zijn:
-
Asmona = Hesmon of Chesmon,
-
‘Ebron (ten zuiden van Jeruzalem) = Hebron, Chebron;
-
Elusa = Khalasa, etc.
-
Hebron = Habra, Habry, Keslon, Kesla.
“De boeren van Galilea verwarden de letters van het alfabet en hun onjuist
gebruik van de letter ‘K’ was spreekwoordelijk; men beweerde dat men de
door hen uitgesproken woorden immar, kamar, hamar en hamor (lam, wol,
wijn, ezel) niet kon onderscheiden.” (D. Rops Jezus in zijn tijd, 379).
Op zijn minst heeft Kabra dus veel kans Abram te zijn.
Een paar trekken die K. over Abram meedeelt, zijn moeilijk te verklaren.
Zo schijnt ons geen zin te hebben de uitspraak dat Abram in de
noordoosthoek van de stam Aser lag, omdat deze zich uitstrekte tot tegen de
Leontes. Misschien is een oostelijke uitwijking van de grens bedoeld.
In elk geval ligt het ter plaats waar drie grensgebieden, nl. van Aser, Neftali
en Zabulon samentreffen.
Wat bedoeld is door een hoog bergterras dat door beide delen van de stad
loopt, is onduidelijk, wellicht een terras langs de heuvelhelling?
Ook hebben wij aan de noordkant van Kabra de door K. vermelde
vruchtbare vallei, ze heet Biqat Beit Kerem. Biqat = vallei ruim als een
vlakte.
Fascikel 21
1800