background image
Als antwoord op hun beschuldiging van verkeer met
slechte vrouwen, verhaalde Hij een parabel, waarvan
de inhoud was: “Welke schuldenaar is beter: hij die
grote schulden heeft en ootmoedig om kwijtschelding
vraagt en bovendien in de mate van het mogelijke
zijn schuld wil betalen, dan hij, die ook enorme
schulden heeft en toch maar voort geld verbrast en er
zo weinig om denkt te betalen dat hij de
schuldenaar, die zijn schuld belijdt, nog versmaadt?”
Hij vertelde verder nog over de goede Herder en de
wijnberg, zoals te Antipatris, maar zij namen alles ongevoelig,
hooghartig en oppervlakkig op.
Jezus herbergde met de leerlingen in de levietenschool aan de
andere (de oost-) zijde van Bethoron.
Boven- of Hoog-Bethoron ligt zo hoog, dat men het van
Jeruzalem uit, zien kan. Beneden-Bethoron ligt aan de voet van
de berg (waarop Hoog-Bethoron gelegen is).
Een schets in fasc. 2, nr. 61, voetnoot 134, doet dit
aanschouwelijk uitkomen.
11 januari; Sabbat. –
Jezus leerde en heelde heden weer te Bethoron en had
zich nogmaals tegen de Farizeeën te verdedigen.
De zienster is zo zwak, dat dit het enige is, wat zij vandaag kon 
meedelen.  
Fascikel 22
1912