background image
Men zamelt hier vruchten in als noten. Ook zag ik vruchten als
kastanjes, ook bomen met gele bessen, die in trossen hangen
gelijk druiven (waarschijnlijk dadels); hier en daar ook
dennenbomen en ceders. De teelgrond is in dit gewest niet diep;
de wortelen van grote bomen kruipen dikwijls bloot en met mos
bedekt als slangen boven de grond666.
Het dier voedt zich met vruchten en insecten. Bij gebrek daaraan zuigt het
slapende mensen en dieren het bloed uit het lichaam; het bestaat heden nog
in tropicale landstreken speciaal vanaf Centraal-Amerika en de Antillen tot
diep in Brazilië. In dit land leven bijzonder vele dieren op aarde, in de lucht
en het water, die de mens vijandig en gevaarlijk zijn.
Tot zulke noodlottige luchtdieren behoort de vampier. Zijn methode om aan
voedsel, (dit is bloed) te komen is een bron van voortdurende zorg voor de
inlanders. Dit geldt in de eerste plaats voor de mensen die vee bezitten,
paarden, of koeien. Het is vaak nodig ‘s nachts de wacht bij de dieren te
houden om ze tegen de verraderlijke aanvallen van de vampiers te
beschermen.
Een slapend paard weet niet, voelt niet dat zich een vampier in zijn nek heeft
vastgebeten en bezig is zich goed te doen aan zijn levenssappen. De bek is
nl. zo scherp, dat deze methode van aderlaten pijnloos is.
Ook voor in open huizen slapende kinderen vormt hij een groot gevaar; het
is geen zeldzaamheid dat deze ontwaken met aangevreten tenen en
bebloede lippen.
Zijn sterkste kracht is het vermogen zich geluid- en pijnloos aan zijn
slachtoffer te vergrijpen. Zelden wordt hij in zijn werking betrapt en in dit
geval toont hij zich een dappere vechter die zich tot het laatste fanatiek
verdedigt. (Uit: ‘Het land dat God vergat’, blz. 127-128).
***
K. spreekt hier ook van draken en later zal zij er een beschrijven.
Volgens vele exegeten zou de draak een fabelachtig, ingebeeld, verzonnen
dier zijn. Waarom zou dit dier, zo vele keren in de H. Schrift genoemd,
minder bestaan hebben dan vele andere, uitgestorven diersoorten, zo goede
als wilde en schadelijke.
In het genoemde boek drukt de auteur Anthony van Kampen het vermoeden
uit, dat een ernstige expeditie in de oerwouden van Brazilië zou stoten op
vele dieren, waarvan de wereld tot vandaag het bestaan niet heeft vermoed
(blz. 124).
666 Bomen met wortelen boven de grond. – “Bedoeld is de olijfboom; hij
gedijt goed op schrale rotsige bodem, daar hij weinig water behoeft; zijn
Fascikel 24
2389