background image
Het is belachelijk dat ik in mijn visioenen telkens opnieuw 
verwonderd ben over de namen.  Dan komt ook de bedenking in mij 
op: moesten de mensen van daar de namen van onze Westfaalse 
dorpen horen, dan zouden die ongewone namen door hun klank niet 
minder hun bevreemding wekken.  
Ik heb deze morgen en nu bij deze uitstap gezien dat de oogst
geëindigd is, en de mensen de schoven die zij voor de armen
bestemmen, op hopen stapelen.
1314.
Gedurende geheel deze wandeling onderrichtte Jezus de heidense
wijsgeren, nu eens al gaande, dan somtijds ook vertoevend op een
aangename plaats. Hij sprak hun over het volslagen
bederf van de mensen vóór de zondvloed en het
behoud van Noach (= Noë). Dan over het nieuwe
bederf na Noach; over de uitverkiezing en roeping
van Abraham en zijn geslacht, die door God zelf
afgezonderd, geleid, ontwikkeld en bestuurd werden
tot op het tijdstip waarop de beloofde Vertrooster eruit
zou kunnen voortspruiten.
De heidenen verlangden vele ophelderingen en kwamen voor de
dag met menig grote naam van oude godheden en helden; zij
somden de weldaden op die men hun toeschreef. Maar Jezus
antwoordde hun dat alle mensen, de een in meerder,
de ander in minder mate, natuurlijke gaven
ontvingen en dat zij met hun gaven en wijsheid
menige wenselijke ontdekking of nuttige uitvinding
deden, die tijdelijk nut en gemak aanbrachten,
maar dat uit deze verbeteringen tevens vele
ondeugden en gruwelen voortsproten.
En Hij toonde hun hoe die volkeren,
niettegenstaande het vernuft van die grote mannen,
in de afgoderij verzonken en grotendeels ten onder
gegaan waren.
Fascikel 25
2554