background image
Zacheüs naderde tot hen vóór het huis (onder de zuilengang),
maar niemand wilde zich met hem inlaten; niemand presenteerde
hem iets (spijs of drank). Toen trad Jezus uit de open
zaal onder de zuilengang en gaf hem een teken om
in de zaal binnen te treden en zelf bood Hij hem spijs
en drank aan.
1462.
12 augustus; Sabbat. –
‘s Morgens zag ik Jezus naar de synagoge gaan. Hij gebood de
Farizeeën plaats voor Hem te maken, daar Hij de
sabbatlezing wilde doen en uitleggen en een
toespraak houden. Met groot misbaar (= geschreeuw, getier,
kabaal, lawaai, ophef) protesteerden zij hiertegen en beschimpten
Hem, maar zij vermochten niets en moesten wijken. Hij leerde
hier ronduit, zonder terughouding. Ik herinner mij
dat Hij voornamelijk leerde over de gierigheid.
Hij zei veel wat ook in het Evangelie staat en nog veel
meer wat niet geschreven staat. Het Evangelie geeft
doorgaans maar de samenvatting of de kern van Jezus’ leer.
Vóór de synagoge genas Jezus ook enige zieken die
men daar op een draagbaar had aangebracht.
‘s Avonds na de sabbat gingen Jezus en de apostelen naar de
woning van Zacheüs buiten de stad. Op deze weg volgde Hem
nog eens de vrouw die hulp voor haar kind begeerde, en ik zag
dat de Heer zijn hand op haar legde, om haarzelf
van haar gebrek te bevrijden. Daarna zegde Hij
haar dat zij naar huis kon gaan, dat haar kind
genezen was en ik zag haar zich op de terugweg begeven.
De leerlingen gingen niet mee tot Zacheüs, (maar wel de
apostelen). Deze onthaalde de Heer naar zijn best vermogen. Op
de tafel stond een lange schotel, zo mij dunkt met een gebraden
lam, en daarnaast, als gewoonlijk, honing en vele kleine vruchten.
Fascikel 27
2856