background image
Nachtelijke sterrendienst gedurende Jezus’
slaap.
1542.
Nadat de Heer en de leerlingen zich neergelegd hadden, gingen de
5 mannen, nu in mantels gehuld, uit de tent.
Hun mantels waren van achteren langer dan van voren en er hing
van achteren, vanaf de hals, ook een brede lap op neer.
(Wellicht een rugschild, zoals op de koorkappen vroeger bij ons
in liturgische plechtigheden).
Het was reeds nacht en zij gingen naar een tempel, die gebouwd
was in de vorm van een grote vierhoekige piramide, doch niet van
steen, maar van louter licht materiaal, namelijk van hout en,
waarschijnlijk, van huiden. Van buiten liepen trappen naar boven.
Deze tempel lag in een diepte; haar hellingen stegen terrasvormig
omhoog; deze terrassen waren van zitplaatsen voorzien en hadden
rondom muren die tot borstwering dienden. Deze kringen waren
op verscheidene plaatsen doorsneden door toegangen tot de
verschillende afdelingen en deze toegangen zelf waren met lichte,
sierlijke hekken gesloten.
Reeds waren wel meerdere honderden mensen binnen deze kring
rondom de tempel. De vrouwen stonden achteraan, de jonge
dochters nog verder en de kinderen het verst. Op de trappen van
de tempelpiramide stonden hier en daar bollen; ze waren verlicht
en maakten de indruk van echte hemellichamen; ze flikkerden
echt als sterren; ik weet niet hoe dit ingericht was, ze stonden
gerangschikt zoals zekere gesternten.
Binnen was de tempel ledig en kon zeer vele mensen bevatten. In
het midden stond een hoge zuil, van welke weer balken naar de
wanden liepen810.
810 In het midden een zuil. – Ter vergelijking: “Te Ispahan heeft een metzjid
of moskee in het midden een dikke zuil, waarop veertig balken tezamen
Fascikel 27
2988