background image
de Heer, de God van Israël”, alsook dit ander gebed:
“Geloofd zij de Heer, enz.”
Na deze gebeden gaf Jezus een van de staven aan
Petrus en de tweede aan Joannes; zij legden die ter zijde
of gaven ze van hand tot hand aan de overige apostelen door, dit
kan ik niet meer zo zeker zeggen (cfr. fasc. 23, nr. 1177).
1760.
De tafel was smal en ongeveer een halve voet hoger dan de knieën
van een rechtop staande man; ze had de vorm van een halve cirkel
of hoefijzer.
Tegenover Jezus, aan de binnenkant van het halfrond, was een
ruimte of doorgang gelaten voor het opdienen. Als ik het mij nog
goed herinner, was de rangschikking als volgt;
-
rechts van Jezus aan de buitenkant stonden Joannes, Jakobus
de Meerdere en Jakobus de Mindere.
Fascikel 29
43