background image
Al het voorgaande is maar een klein gedeelte van de
waarnemingen en indrukken, die een arm, zondig hart met angst,
berouw, troost en medelijden tot barstens toe moesten vervullen,
toen het, als het ware om enige verlichting te vinden, zijn
beschouwingen gedurende enige minuten afwendde van de
gruwelijke gevangenneming en wegvoering van Jezus om ze te
vestigen op Jeruzalem, zoals het er uitzag in deze hoogernstige
middernacht van de eindige tijden, op het uur waarop Gods
oneindige rechtvaardigheid en zijn oneindige barmhartigheid
elkander ontmoetten, omarmden, elkander doordrongen, zich met
elkander vereenzelvigden en het heiligste werk van de gods- en
mensenliefde begonnen, nl. de bestraffing van de zonden der
mensen op de Godmens, hun verdelging en uitboeting in zijn
Bloed. Zo was het dus overal gesteld op het ogenblik dat de lieve
Verlosser vóór Annas gebracht werd.
***
Hier, omstreeks middernacht, kunnen wij de 30e laten beginnen.
Fascikel 29
196