background image
mens was en nu in het gevoel van zijn door God
verlaten mensheid als Godmens de smarten van zijn
verlatenheid in hun ganse omvang heeft gevoeld en
de Kelk van smarten en verlatenheid tot de bodem
toe heeft geledigd.
En zo legde Hij dan te midden van zijn lijden luidop
getuigenis af van zijn verlatenheid en verwierf
daardoor voor alle godskinderen, die in de uiterste
verlatenheid verkeren, het recht en de vrijheid om
voor God, hun Vader, met kinderlijke, vertrouwelijke
stoutmoedigheid hun nood te klagen.
Zo riep Jezus omstreeks 3 uur met luider stem: “Eli,
Eli, lama sabaktani”, d.i. “Mijn God, mijn God,
waarom hebt Gij mij verlaten?”
Toen deze luide kreet van de Heer de drukkende stilte rondom
Hem verbrak, wendden enige spotters zich opnieuw driest naar
het kruis en een van hen zei: “Hij roept om Elias!” En een ander
voegde er aan toe: “Laten wij zien of Elias komt om Hem naar
beneden te helpen.”
Nauwelijks had de Moeder van Jezus de stem van haar Zoon
vernomen, of opnieuw kon niets haar weerhouden; zij ijlde naar
het kruis en Joannes, Maria van Kleofas, Magdalena en Salome
volgden haar.
1944.
Terwijl het hier en daar verspreide volk rondzwierf, jammerde en
zuchtte, trok een groep van ongeveer dertig aanzienlijke mannen
te paard uit Judea en meer bepaald uit het gewest van Joppe, die
op weg waren naar het feest, daar voorbij. Ziende wat met Jezus
gebeurd was en vernemend hoe men met Hem te keer was gegaan,
brachten zij dit in verband met de dreigende natuurverschijnselen
en zij gaven luidop uiting aan hun afgrijzen en zuchtten:
“Rampzalige stad! stond de tempel van God niet binnen uw
Fascikel 31
504