background image
een wijle in stille rouw op de grond gezeten, leunend tegen de
beddekens of slaapmatten, die aan de muur opgerold hingen.
Hierna richtten zij zich weer op, rolden de slaapmatten open,
legden hun sandalen, gordels en een deel van hun klederen af, en
wikkelden zich in een lange doek nauw in, vanaf de kruin van het
hoofd tot de voeten, zoals zij gewoon zijn zich in te hullen om te
slapen en legden zich voor een zeer korte rust op de open
gespreide legerstede neer (Wikkelkleed, cfr. fasc. 1, nr. 19,
voetnoot 43).
Voor een korte rust, zeg ik, en inderdaad, aanstonds na
middernacht, verhieven zij zich weer van hun bed, brachten hun
kleding in orde, rolden de dekens weer op en kwamen rond de H.
Maagd onder de lamp bijeen om koorsgewijze aan hun
nachtgebedsplicht te voldoen.
Sedert het gebed bestaat, heb ik zulk nachtgebed zeer dikwijls door 
liefhebbende trouwe godskinderen en heilige mensen verricht zien 
worden, hetzij een persoonlijke genade hen daartoe aandreef, hetzij 
ze zichzelf die plicht hadden opgelegd volgens een goddelijke of 
kerkelijke instelling.   
Zo waren nu hier de Moeder van Jezus en haar gezellinnen
getrouw aan dit nachtelijk gebed, ook na al dat doorstane leed.
Jozef van Arimatea wordt gevangen genomen.
1992.
Wat de mannen betreft, ik zag hen, nadat de sabbatoefening
geëindigd was, nog eten (nr. 1991) en eindelijk ook gaan slapen.
Meerderen van hen echter gingen naar andere woningen om hun
nachtrust te nemen. Zij die in het Cenakel bleven, zouden, na een
korte rust, te middernacht weer opstaan voor het gebed, zoals de
vrouwen.
Enkele mannen, onder wie Jozef van Arimatea, lieten van bij de
vrouwen diegene roepen, welke verlangden naar hun huis in de
Fascikel 32
638