background image
Alleen het huis van Maria was van steen6. Op een kleine afstand
achter het huis begon de bodem rotsachtig te stijgen tot de top van
het gebergte7 vanwaar men over de heuvelen en bomen heen op
als een begeleidend schrijven bij zijn evangelie dat, volgens vele
exegeten, speciaal geschreven werd als weerlegging van bepaalde
ketterijen, die precies in Klein-Azië hoogtij vierden.
Dat de kleinzoon van Archelaus, koning van Cappadocië zou beschikt
hebben over een kasteel bij de Middellandse Zeekust in de Romeinse
provincie Asia, en wel in de buurt ven Efeze, hoeft ons geenszins te
verbazen.
6 Al een Maria’s huis met steen gebouwd. – Waaruit blijkt dat het huis voor
een voornaam persoon gebouwd was.
Zoals nu nog in Klein-Azië en Palestina waren de hutten van arme mensen
oudtijds van leem en aarde gemaakt.
“Het gebouwd-zijn met steen is niet zo vanzelfsprekend, als men er rekening
mee houdt dat in Klein-Azië, zoals in het hele oosten, de woningen uit leem
en hout bestaan.” (Henze, 62).
7 Begon de bodem rotsachtig te stijgen. – Welke bergtop hier bedoeld wordt,
is al gezegd in de uitweiding. “De hier genoemde bergtop vindt men op
geringe afstand achter het huis.” (Henze, 61).
“Wanneer de reiziger vaststelt dat men van de bedoelde hoogte of bergtop
Efeze en het eiland Samos te midden van de golven ziet en dat dit alles
beantwoordt aan de beschrijving van de zienster, dan staat hij verstomd.
Want K. Emmerick noch Clemens Brentano zijn ooit op de hoogten van de
Bulbul-Dagh gaan zien. Het is duidelijk dat wij ons hier in het domein van
het buitengewone en onverklaarbare bevinden, indien het ten minste niet
miraculeus te noemen is.” (Le Camus, Les sept Eglises, blz. 135).
Vanaf de top van de Bulbul-Dagh (610 m) ziet men over de heuvelen en
bomen heen op Efeze neer en op de zee met het eiland Samos.
Op te merken is dat men van dit punt alleen in dit gebergte tegelijkertijd
Efeze en de zee overschouwt.” (Fonck, S. J. geciteerd door Henze, blz. 61).
Toch zegt K.E. “De zee en haar menigvuldige eilanden”.
Toch schijnt men van die bepaalde top slechts het eiland Samos te kunnen
zien. Maar wie zegt dat zij ook niet op andere toppen geweest is?
Nochtans zelfs in het andere geval is haar uitspraak te verklaren, want
Fonck zegt: “De rotsige bergtoppen van dat eiland maken, wanneer wolken
en nevel de diepe tussendalen bedekken, de indruk van “vele eilanden”.
Van de berg Mykale (1265 m) overziet men zonder enige twijfel de ganse
archipel.
Fascikel 34
33