background image
Spoedig na haar aankomst hier in de streek zag ik haar dagelijks
achter haar huis een eind ver de berg bestijgen, terwijl zij zich
verdiepte in de overdenking van Jezus’ lijden.
Aanvankelijk ging zij alleen, en mat, naar het getal stappen, die
zij te Jeruzalem zo dikwijls had geteld, de afstand tussen de
plaatsen af, die hier aan een voornaam feit uit het bitter lijden van
de Heiland moesten herinneren. Op ieder zulke plaats richtte zij
een steen op20, of, wanneer daar juist een boom stond, maakte zij
er een teken op.
20 Zette een steen op elk van die plaatsen. – Herinneringsstenen zijn te allen
tijde en bij alle volken reeds in de hoge oudheid gebruikelijk geweest. Door
dit middel trachtte men de gedachtenis te bewaren aan grote
gebeurtenissen, zoals een zegepraal, verdrag, dood van een held of koning,
of aan werken van weldadigheid of van nationaal belang. Zie bij K.E. fasc.
10, nr. 284, voetnoot 86; fasc. 30, nr. 1864, voetnoot 64.
Daartoe gebruikte men voornamelijk stenen, die dan begrift werden met
afbeeldingen, taferelen of met het verhaal van heldendaden en
ondernemingen van de betreffende personen. Vele zulke stenen worden in
de musea bewaard.
-
Jakob richtte een steen op ter gedachtenis van een visioen dat hij had te
Betel.
-
Mesa, koning van Moab beitelde op een geëffende steen de opsomming
van een reeks veroveringen.
Dit gebruik bestond in Egypte, Assyrië, Chaldea, in het gehele Oosten.
In navolging van dit oud oosters gebruik plaatste de H. Landstichting,
Nijmegen, Nederland, bij de oprichting van een kruisweg stenen om de
staties aan te duiden. Nu zijn ze door taferelen vervangen. Dit gebruik kan
een gewijd of profaan karakter hebben volgens het beoogde doel. “De
Arabieren richten hedendaags nog vele zulke stenen op in de nabijheid van
vermaarde heiligdommen.” (Prof. Ryckmans, Gen. 28, 18).
Van de stenen op de kruisweg van Maria zijn er enige teruggevonden.
Wij lezen in nota bij Henze, blz. 72: “Wat K.E. hier over de kruisweg van
Fascikel 34
47