background image
van Jakob, de vader van de H. Jozef; de eerste of oudere broeder
heette Joses. Mattat had zich metterwoon in het dal Zabulon
gevestigd.
Dit brengt ons terug naar de twee geslachtsbomen die de Evangeliën ons
geven.
In het boekje ‘De heerlijkheden van Sint-Jozef’ hebben wij dat probleem
uitvoerig behandeld en de moeilijkheden opgehelderd.
Wij herhalen hier enkele bijzonderheden daaruit.
De H. Matteüs geeft de geslachtslijst van de H. Jozef en
Lukas die van Onze-Lieve-Vrouw.
Het slot van de beide lijsten (Mt. links) luidt:
Mattan kreeg Jakob.
Levi kreeg Mattat.
Jakob kreeg Jozef.
Mattat kreeg Heli
(Heli = Joakim, de vader van Maria).
Jozef huwde met Maria en werd zo de schoonzoon van Joakim.
Vandaar dat St. Lukas hem eenvoudig de zoon van Levi of Joakim noemt,
ook omdat hij Jezus’ wettelijke vader is.
***
Hoe was Mattat een tweede, tevens halve broer van Jakob?
K.E. zelf zal het ons straks zeggen:
“Mattan stierf en liet twee zonen na: Jakob en Joses;
zijn weduwe hertrouwde met Levi en won bij deze Mattat. ”
Jakob, vader van Jozef, en Mattat waren dus twee halve broers.
-
Joses was de eerste en volle broer van Jakob,
-
Mattat de tweede en halve broer van Jakob.
Jakob kreeg Jozef tot zoon, Mattat kreeg Heli of Joakim. Jozef en Joakim
waren dus zonen van twee halve broers en bijgevolg halve kozijns.
Fascikel 1
51