background image
Ze lag zowat een uur ten westen van Nazareth, op een hoogte,
tussen het dal van Nazareth (ten zuiden) en dat van Zabulon (ten
noorden). Een ravijn of diepe weg, met een dreef van
terpentijnbomen afgezet, leidde van het huis in de richting van
Nazareth.
Dit blijkt uit de volgende beschrijving van de vermaarde Palestina-
onderzoeker, Victor Guérin, die geen dorp of plaats onbezocht en
ononderzocht liet.
Hij trekt van Nazareth naar Ilud, het dorp tegenover het huis van de H. Anna.
Hij bestijgt eerst de hoogten die Nazareth omgeven en begint dan te dalen in
de vallei die naar Ilud loopt (zie kaartje).
Hij zegt:
-
“Nu trek ik tussen landelijke huisjes en nieuw aangelegde tuinen die
overwegend beplant zijn met granaat- en vijgenbomen en wijnstokken.
Ik laat
kbe
Moe
ia links; het ligt op de laatste helling van een heuvel bij
een kleine, verrukkelijke vallei (juist deze die ons hier bezighoudt), die
door een overvloedige bron besproeid en vruchtbaar gemaakt wordt.
Ook in deze vallei groeien weer granaat-, citroen- en vijgenbomen, met
daartussen wijnstokken en enige palmen.
-
In het noorden zie ik Sefforis en daarachter de uitgestrekte vlakte
Bathouf
(= van Zabulon) ...
-
Ik kom voorbij een ander dorp Karm es-Sahab. Het ligt te midden van
vruchtbeladen boomgaarden (het is in juli). Reusachtige vijgenbomen
bewijzen de vruchtbaarheid van de bodem. Ook de wijnstok groeit hier
weer welig, zoals ook de granaatboom.
-
Tien minuten later daal ik, steeds westwaarts, langs hellingen af, die met
steekpalmen en mastikbomen beplant zijn en kom na nog 5 minuten te
Eiloet (= Ilud), dat in de vallei op de laagste hel ing van een heuvel
gelegen is.
Het
rp
do
is omgeven door tuinen, die met olijf- en vijgenbomen beplant
en met cactushagen omgeven zijn.” (Galilée, I, 383-384).
Eenmaal dat Maria in Nazareth woonde, heeft zij, evenals haar moeder
Anna, vaak deze weg gevolgd. Men ziet dus de juistheid van K.’s
waarneming.
Fascikel 1
63