background image
Viering van Maria’s Onbevlekte Ontvangenis op
verscheidene plaatsen.
39.
Inleidende bemerking op de reisvisioenen van K. 
Emmerick.   
(8 december 1820)
Op 8 december 1820, feest van Maria’s Onbevlekte Ontvangenis, 
bereisde de ziel van K.E. in visioen en onder het verrichten van 
apostolaats‐ en liefdadigheidswerken een groot gedeelte der aarde.   
Een groot deel van haar visioenen bestonden in reistochten in de geest 
en met de ziel in alle delen van de wereld.  Onderweg deed zij allerlei 
geestelijke en lichamelijke werken van barmhartigheid.  Kwam zij 
voorbij, of in de nabijheid van een beproefd mens, zij sprak hem moed 
en troost in.  Stervenden stond zij bij in hun laatste uur.  Zondaars bracht 
zij tot verzoening met God en waarheidzoekers tot rust.  Met goede 
raad hielp zij priesters, bisschoppen en vooral paus Pius VII.  Niet alleen 
was haar ziel daarbij werkzaam; ook haar lichaam deelde in de lasten en 
vermoeienissen van de reis, hoewel het in extase roerloos uitgestrekt 
lag.   
Zie ook een uitweiding van Brentano hierover in fasc. 11, nr. 340.   
Dikwijls maakte zij zulk een reis, alvorens bij Jezus te komen in Palestina, 
waar zij dan getuige was van zijn handelingen op die dag van zijn 
openbaar leven.   
Op zulk een visionaire reis vernam zij eens vele bijzonderheden over de 
viering van Maria’s ontvangenis bij verschillende volkeren, o.m. in het 
land der H. Driekoningen; vooral geschiedde dit ter gelegenheid van een 
bezoek van Jezus aan hun land na de opwekking van Lazarus.  Dit zal te 
zijner plaats (fasc. 27, nrs. 1554‐1592) uitvoerig verhaald worden.   
Hier volgt er een klein uittreksel uit in verband met Maria’s Onbevlekte 
Ontvangenis.   
Fascikel 2
156