Op de weg naar deze stad heb ik hen over een rivier zien gaan, die
zich naar het westen richt en uitmondt in de zee in de streek waar
Petrus na de nederdaling van de H. Geest gepredikt heeft (nl.
Joppe; Hand. 9, 36-43).
Bij Bethoron werden grote veldslagen geleverd; ik heb ze gezien,
maar naderhand zijn de omstandigheden ervan mij weer uit het
geheugen gegaan.
Te Bethoron waren zij ongeveer nog 2 uren van een punt op de
grote weg, waar men reeds Jeruzalem kon zien. Ik hoorde ook de
naam noemen van die grote weg of van die plaats, doch ik kan mij
hem niet meer met zekerheid herinneren. Bethoron is een
belangrijke plaats, een levietenstad. Hier groeien zeer schone,
grote druiven en nog veel andere vruchten.
Fascikel 2
237
|