68.
Na het offer werd onder deze poort, waardoor men uit het
vrouwenvoorhof in het brandoffer-altaar-voorhof kon zien, een
verplaatsbaar, overdekt altaar of offertafel opgericht en een trap
met enige treden geplaatst om er naar op te stijgen158.
Zakarias en Joakim kwamen met een priester uit het voorhof van
het brandofferaltaar tot deze altaartafel, waarvoor reeds een
priester en twee levieten met rollen en schrijfbenodigdheden
plaatsgenomen hadden.
Anna bracht nu de kleine Maria in haar pronkgewaad tot hen.
De kleine meisjes die Maria begeleid hadden, hielden zich op
enige afstand. Maria ging op de trappen neerknielen. Joakim en
Anna legden hun handen op haar hoofd.
Zo zien wij ook hier plaats hebben de toewijding van Maria aan God en de
tempeldienst.
158 Nota van Brentano. – De offertafel werd onder dit poortgewelf
opgeslagen, omdat de vrouwen niet verder mochten komen. Onder de boog
van deze poort was Joakim in de onderaardse gang afgedaald, doch Anna
was erin getreden aan het tegenovergestelde einde onder de Gouden Poort,
om hem tegemoet te gaan.
Fascikel 3
264
|