Ik zag de herders niet onmiddellijk naar de geboortegrot snellen,
waarvan zij wel driemaal zo ver, en de herders bij de toren
tweemaal zo ver verwijderd waren als de drie herders van het
herdersdorp, maar ik zag hoe zij aanstonds onder elkaar
beraadslaagden wat zij voor het pasgeboren Kind tot geschenk
zouden meenemen en hoe zij zo snel mogelijk hun giften gingen
halen en bijeenbrachten; zij kwamen pas de volgende morgen in
de vroegte naar de kribbe.
Fascikel 5
498
|