Immers, ten gevolge van de verhalen der herders deed reeds het
gerucht de ronde dat daar, bij de geboorte van een kind, grote
wonderen plaats gehad hadden.
Ik zag de H. Jozef in gesprek met hen; zij hadden hem
aangetroffen vóór de geboortegrot in het gezelschap van enige
herders, maar ik zag dat zij hem met een hooghartig glimlachje
verlieten, zodra zij zijn armoede en eenvoud bemerkt hadden.
Ondertussen hield de H. Maagd zich met het Kindeke Jezus
ongeveer 4 uren in die zijgrot op en keerde dan naar de kribbe
terug.
De geboortegrot ligt eigenlijk in een zeer aangename en rustige
omgeving. Uit Bethlehem komt niemand naar hier; alleen de
herders ziet men hier komen en gaan; men bekommert zich nu te
Bethlehem helemaal niet om wat hier buiten de stad omgaat, want
in de stad heerste wegens de ontelbare menigte van
vreemdelingen een ongewone drukte en bedrijvigheid; er wordt
daar nu zeer veel vee verkocht en geslacht, omdat een groot deel
der schatplichtigen hun belasting in vee betalen. Ook worden nu
vele heidense dienstknechten gebruikt (cfr. fasc. 5, nr. 117).
Hedenavond verhaalde de zienster in haar slaap onverwacht het
volgende:
Herodes heeft een vroom man, die in de tempel een voorname
bediening vervulde, om het leven doen brengen; hij had hem met
een geveinsde vriendelijkheid bij zich te Jericho laten ontbieden
en onderweg doen vermoorden. Deze man had zich tegen de
aanmatigingen van Herodes in de tempel verzet (cfr. fasc. 6, nr.
147). Deze moord legde men Herodes wel ten laste, maar dit
belette niet dat hij zijn invloed in de tempel wist te handhaven en
zelfs te vermeerderen.
In verband hiermee bevestigde K. nogmaals dat Herodes daar
twee onwettige zonen met hoge bedieningen had weten bekleed te
krijgen; het waren Sadduceeën en zij verklikten hem alles wat
daar voorviel.
Fascikel 5
527
|