background image
Zondag, 4 maart. –
Gisteren, zaterdagavond, na het sluiten van de sabbat, verliet de
H. Familie Nazara en reisde gedurende de gehele nacht en ik zag
haar de gehele zondag en de nacht op de maandag zich bij de
grote oude terpentijnboom verborgen houden; het was dezelfde
boom, waarbij ik hen in de advent, op hun reis naar Bethlehem,
had zien vertoeven, toen de H. Maagd het zo koud had.
Het was de terpentijnboom van Abraham, bij het woud Moreh,
niet ver van Sikem, Taänat-Siloh en Aroema.
 (We laten hier 5 foutieve regels weg, die reeds gezegd zijn in fasc. 4, 
op het einde van nr. 105 en daar als foutief aangeduid in voetnoot 
226; zie ook kaartje aldaar).  
Maandag, 5 maart. –
Hedenmorgen vroeg zag ik de H. Familie in een vruchtbaar
gewest, naast een klein water of beek bij een balsemboompje
uitrusten en zich verkwikken; het Kindje Jezus lag met blote
voetjes op de schoot der H. Maagd. In de twijgen van de
balsemstruiken die rode bessen droegen, waren hier en daar
insnijdingen gemaakt, waaruit het vocht in kleine opgehangen (of
onder geplaatste) potjes droop; het verwonderde mij dat deze niet
gestolen werden (zie fasc. 2, nr. 60, voetnoot 126). Jozef deed
Fascikel 7
738