background image
III. Nadere bezichtiging van de grondmuren.
Op meerdere plaatsen werden de grondmuren nader onderzocht.
Om hun voet, de diepste steenlagen te bereiken, die onmiddellijk
op de rotsbodem steunen, moest men op sommige plaatsen dieper
dan 30 m diep graven. Bij de noordoosthoek gaat de muur zelfs,
volgens Prat, J. Chr. II, 208, 36 m in de grond.
Op dit punt zou hij dus, volgens Guérin, vanaf de rots tot boven
49 m hoog zijn. Bij de Gouden Poort, waar de rotsbodem een
hoger niveau heeft, zit hij 10 m diep en bij de zuidoosthoek 24 m.
Op dit laatste punt gaat hij nog 14 m hoog de lucht in; hij heeft
daar bijgevolg een totale hoogte van 38 m.
Aan de zuidwesthoek dringt hij 20,60 m diep in de bodem, rijst
van 19 m tot 20 m omhoog en is daar dus 40 m hoog. Naar het
noorden toe bij de noordwesthoek van het Salomonisch
Tempelplein heeft men op 2 plaatsen het rotsfundament op een
diepte van 22,20 m gevonden.
Die muren bestaan uit enorme steenblokken. De grootste tot nog
toe gevonden of gezien, is 12 m lang en 2 m hoog. De overige
Fascikel 8
60