- in Salomons tempel door een deur en een voorhangsel;
- in Zerobabels tempel – dit volgens K. Emmerick – door een
traliewerk met voorhangsel, beide steeds 0,5 m van elkaar.
Het Heilige der Heiligen was slechts 10 m hoog en vormde dus
een kubieke ruimte. Nochtans was de hoogte van buiten 30 m.
Dit maakt de mededeling van de zienster waarschijnlijk, nl. dat
men uit de vestibule met trappen omhoog steeg naar het Heilige
en hieruit weer met trappen naar het Allerheiligste; dit
verminderde reeds veel zijn binnenhoogte, maar toch was nog een
zoldering nodig om die hoogte nog te verminderen en tot 10 m te
herleiden. Uit deze kleine hoogtemaat volgt de
geloofwaardigheid van K.’s mededeling over de trappen die naar
het Allerheiligste leidden. Het voornaamste voorwerp in die
kleine kubieke ruimte was de Ark van het Verbond.
Alleen de hogepriester kwam éénmaal in het jaar, nl. op 10 Tisri,
de grote boete- of verzoendag, in deze cel, waar Jahwe op de
Verbondsark troonde, binnen.
Rondom het Heiligdom (Heilige + Allerheiligste) liepen 3
verdiepingen van kamers. In Salomons tempel bevatte elke
verdieping er 30; waarschijnlijk ook nog in Zerobabels tempel,
wanneer de H. Maagd er kwam wonen. Volgens de Misjna telde
de tempel van Herodes er maar 38 meer in het geheel.
Op de 3 verdiepingen waren de kamers onderling verbonden door
omlopende gangen waarop de deuren der kamers zich openden, en
door wenteltrappen die van de ene verdieping naar de andere
leidden. Men bereikte de gang uit elke zijde van de vestibule,
doch zonder twijfel ook van buiten uit, d.i. van op een binnenhof
dat zich om de tempel uitstrekte, zoals het blijkt, uit Ezekiël 41,
11 en misschien ook door een ondergrondse gang.
De totale hoogte van de 3 verdiepingen der aangebouwde kamers
was 15 m; het Heiligdom stak er nog 15 m boven de cellen uit en
in dit hoger gedeelte waren de vensters aangebracht. Het dak van
het middengebouw was niet volkomen plat, doch heel lichtjes
Fascikel 8
77
|