Lezing van Katarina Emmericks Christusleven.
(vrij naar het Duits van Louise Hensel,
intieme vriendin van de zienster)
‘k Zit graag alleen, stil in een hoek
In Katarina’s Christusboek
te lezen, schouwend in de geest
hoe ingoed Jezus is geweest.
Hij liet de kindren tot zich komen;
Hij heeft hen op de knie genomen
en onder ‘t strelen van hun lokken
hun kopje naar zijn Hart getrokken.
Hij was tot wonderdoen gereed
voor wie Hem als Gods Zoon beleed.
Naar ziel en lichaam Hij genas
de zieke die rouwmoedig was!
‘k Zie Hem Madlena absolveren
en lang en zoet haar nog beleren,
die, om haar zondeschuld te boeten,
berouwvol zalft en kust zijn voeten.
Ontroerd herlees ik altijd weer
hoe Hij, nooit moe, met zuivre leer
en met zijn nieuwe boodschap blijde
zijn kleine kudde voedde en weidde.
Hoe Hij, aan ‘t eind, door liefdegloed
gepraamd, ons vrijkocht met zijn bloed;
en stervend d’armen openspreidde
en wijd liet openen zijn zijde
tot schuilplaats, waar eenieder werd
genodigd! Heer! in vreugd en smert
laat mij daar wonen levenslang,
vervuld met ootmoed, liefde en dank!!
Fascikel 9
21
|