| 
 leven; ik meen dat hij reeds in het huwelijk getreden was, maar 
zulke dingen worden beter niet voort verteld; zijn geval is 
tamelijk geheim gebleven. 
Suzanna werd in de tempel opgevoed en daarna uitgehuwelijkt 
aan een man met name Mattias, een verwant van de apostel 
Mattias en openbaar funktionaris. Suzanna bezat een groot huis 
aan de Westkant van de berg Sion (Tempelberg), niet verre van 
het grote huis van Lazarus. 
Onder meer andere taferelen uit haar leven zag ik ook het feest dat 
de aanleiding is geweest tot de val van haar moeder. 
Behalve de dans van Herodias was dit de eerste dans die ik bij de 
Joden gezien heb, in zover ik het mij herinner. Het was op het 
naamfeest van een voornaam man; ik zag een grote zaal en aan 
beide einden voorname lieden op verhogen zitten. In het midden 
van de zaal dansten ongeveer twintig vrouwen en evenveel 
mannen, die tegenover elkander stonden; de bodem waarop zij 
dansten, was hol en met tapijten belegd; er dansten steeds twee 
mannen en twee vrouwen elkander kruisend; boven de dansenden 
hingen aan het plafond zeer vele lampen en wel in dezelfde 
rangschikking als de richtingen welke de dansenden volgden; de 
dansende vrouwen waren eerbaar gekleed en hadden lange slepen, 
maar de klederen waren toch zó, dat men de lijn van het lichaam 
te zeer bemerkte; de dans was niet huppelend en snel; ook raakten 
ze elkander niet aan; het was een bevallig wandelen heen en weer 
en voorbij elkander en men maakte daarbij allerhande expressieve 
gebaren en bewegingen; er was veel gelegenheid om elkander te 
bezien en slechte gedachten te krijgen. De muzikanten stonden 
ter zijde van de dansenden, eveneens op verhogen, aan iedere 
zijde drie mannen met tussen hen knapen met fluiten; ik herinner 
mij twee instrumenten: een grote, driehoekige kas, op de zijden 
met snaren bespannen, en ook een wonderbaar blaasinstrument, 
bestaande uit een dikke holle buis waarin geblazen werd en 
waaraan meerdere hoornen van verschillende grootte aangezet 
waren; deze kon men, volgens de omstandigheden, opsteken of 
Fascikel 10 
170 
 |