- Ook op dit schild waren op 12 verschillende edelstenen de namen van de 12 stammen ingesneden. - Over zijn schouders hing een lange doek of stola, gelijk een handdoek neer, geel en wit geruit, ook met franjes aan de einden. - Van onder hingen aan het kleed gele en witte zijden vruchtknoten; zijn hoofd was bloot, maar onder zijn klederen had hij om de hals een smalle baan van stoffe of doek, die hij als een kap op het hoofd kon trekken en die dan met een spits tot beneden het voorhoofd (bijna tot tussen de ogen) kwam. (Men ziet dat dit plechtgewaad tot op weinig na een nabootsing is van het feestornaat van de hogepriester te Jeruzalem). Hieronder een voorstelling ervan volgens Brentano, die ze wellicht ter goedkeuring aan de zienster zal voorgelegd hebben. Vóór de steen van de Verbondsark stond een klein altaar, niet volkomen vierkantig en in het midden uitgehold en van een rooster voorzien. Beneden was een opening voor de asse en aan elk van de 4 zijden een holle buis, gelijk hoornen. Fascikel 10 214