background image
Het vlees van de vrucht is zuurzoet, zeer verfrissend en daarom zeer
gewaardeerd in de hete landen; men maakt er dan ook een veelvuldig
gebruik van en men houdt zoveel van deze vrucht dat men ze ook als
sieraad en siermotief veel gebruikt (b.v. aan de onderzoom van het
feestkleed van de hogepriester, bij het versieren van gebouwen, enz.)
Men onderscheidt een variëteit van granaatstruiken met bloedrode bloemen
en ook roodachtige bladeren, en een andere met witte bloemen en
witachtige bladeren. De twee soorten ziet K. hier door Joannes aangewend
worden om tot Jezus’ verheerlijking de doopvijver en het eilandje te
versieren.
Fascikel 10
219