background image
Jezus liet de H. Maagd boodschappen waar Hij met
haar samen wilde komen, alvorens naar de woestijn
te gaan (vasten); ik meen dat Hij haar Chorazin
aanduidde.
De H. Vrouwen waren niet meer in Tebez, zij waren reeds op weg
naar de plaats, waar zij bij Jezus wilden komen; zij gingen echter
niet naar Kafarnaüm, omdat hun heen- en weertrekken daar veel
opspraak had verwekt.
Beraadslaging van het Sanhedrin.
321.
14 oktober. –
Te Jeruzalem heersten grote meningsverschillen over Jezus, over
wie men daar zo veel had vernomen. De joodse overheden
hadden immers overal omgekochte bespieders die hen van alles
op de hoogte brachten.
De rechtbank, Hogeraad of Sanhedrin genaamd en uit 71 priesters
en wetgeleerden bestaande, zette tegen Jezus een langdurige
beraadslaging op touw. Bovendien benoemde men een
commissie van 20 leden die op haar beurt in 4 ondercommissies,
ieder van 5 leden, ingedeeld werd en die beraadslaagde, overlegde
en Jezus’ geval onderzocht.
Zij gingen de geslachtsregisters na (fasc. 3, nr. 79, voetnoot 181)
en konden niet ontkennen dat Jozef en Maria uit de stam van
David waren en Maria’s moeder uit het geslacht van Aäron; zij
zegden dus dat die families roemloos ten onder gegaan waren, en
dat Jezus met louter gespuis en straatvolk het land doorkruiste; dat
Hij zich met tollenaars verontreinigde en met demagogisch gevlei
de gunst van de slaven zocht te winnen; zij hadden immers
vernomen dat Jezus onlangs in het gewest van Bethlehem (nabij
Betaraba, waarna Hij zich naar Bethlehem begaf, nr. 302) met de
Sikemieten, die van hun werk huiswaarts keerden, zo
Fascikel 11
304