handen en voeten geleken letterlijk op die van een geraamte, slechts
met een slappe gerimpelde huid overtrokken.
Naar Kana ter bruiloft. –
Roeping van Natanael Chased (Joannes 1, 45-
51).
374.
30 december = 1 Tebet; Nieuwe Maan. –
Op 30 december begaf Jezus zich met de leerlingen en verwanten
zeer vroeg op weg naar Kana. Maria en de andere vrouwen
gingen alleen langs de rechter en korter weg; dit was maar een
smal pad dat meer over gebergte liep. (De lezer houde grote kaart
2 voor ogen).
De vrouwen gaan over Massalot aan de noordkant van de hoge
berg die ten westen van Magdalum oprijst, verder door het gewest
van de baden van Betulië en, in de vallei Roemmaneh gekomen,
naar het westen.
Jezus gaat langs Magdalum ten oosten van diezelfde hoge berg,
volgt daarna westwaarts de grote weg die over Loebijeh
(Gennabris) loopt, ontmoet hier Natanael, richt zijn roep tot hem,
volgt verder dezelfde grote weg, tot Hij links inslaat en door een
ander, kleiner, opstijgend dal te Kana komt.
De vrouwen volgden meest zulke paden, omdat zij daar eenzaam
konden reizen; ook hadden zij geen brede wegen nodig, want zij
gingen gewoonlijk op een rij achter elkander. Op enige afstand
vóór en achter hen ging een mannelijke gids (fasc. 2, nr. 44,
voetnoot 95). Die weg van ongeveer 7 uren liep van Kafarnaüm
in zuidwestelijke richting.
Jezus reisde met zijn gezellen over Gennabris. Wel was dit een
omweg, maar hij was breder en dus beter geschikt voor zijn
leermethode, daar Hij vaak onderweg stilstond om
Fascikel 12
427
|