ten oosten van Gergesa, waar Hij later de duivelen in de zwijnen
dreef. Het lag in een verdieping, op een lager terras van de
bergrug en in de nabijheid was een moeras, dat gevormd en
gevoed werd door een afgedamde beek, (die ontstond uit de
bronnen die bij Fiq ontspringen); de beek daalde af door een
ravijn en mondde uit in het Meer bij Magdala (of enkele km ten
zuiden van Magdala, het huidige Kersa).
(Nu Jezus hier ten oosten van Gergesa gekomen is, bereikt ook K.
hier een hoog punt van het gebergte;
ze bevindt zich b.v. een uur ten oosten van Gergesa, te el‐Al, d.i. de
hooggelegene en beschrijft het uitzicht dat zij geniet, noemt
meerdere steden die ze herkent.
Brentano bewonderde de overeenkomst van haar aanwijzingen met
de gegevens van de beste kaarten in zijn tijd.)
Fascikel 16
951
|