Zijn buurman handelde op zijn manier juist (in
overeenstemming met zijn aardse doeleinden), want
daar hij zijn rijk op aarde zocht, trachtte hij zijn
bezit aan aardse goederen te vermeerderen en voelde
hij geen verlangen naar de goederen in het Rijk van
de Messias.
De verongelijkte boer moest van zijn schraapzuchtige
collega leren hoe men zich verrijken moet en hoe men
er op uit moet zijn overvloedige verdiensten in het
Rijk van God te vergaren.
Jezus verhaalde nog een gelijkenis van een stroom
die het land aan deze zijde afrukt en het tegen de
andere oever aanspoelt; het was een soort parabel als
die van de onrechtvaardige huishouder, waarin de
aardse hebzucht, list en sluwheid om zich te
verrijken, tot voorbeeld werden gesteld hoe men in
geestelijke zaken, maar dan op een heilige wijze,
moet handelen. De aardse rijkdom werd tegenover
de hemelse gesteld.
Jezus’ leer scheen mij een weinig duister, doch voor de
denkwijze, de godsdienst en de situatie van de Joden was ze zeer
juist en verstaanbaar. Op dit volk immers maakt het figuurlijke,
het zintuiglijk waarneembare een groter indruk.
(Abstracte waarheden hadden meer pak, wanneer ze hun in beeld
en als belichaamd voorgehouden werden).
640.
Het was hier de akker waarop de vijver of put van Jozef lag.
Jezus verhaalde vervolgens een soortgelijk geschil uit
het Oud-Testament, ik meen tussen Abraham en Lot,
waarbij Abraham aan Lot nog meer toegaf dan deze
eiste.
Fascikel 16
1021
|