background image
van uw wonderen gehoord en dat Gij er groter doet dan Elias; zie!
mijn enig zoontje ligt op sterven en onze wijze vrouw (of
waarzegster) kan het niet genezen; ontferm Gij ten minste U over
ons!”
728.
Het kind lag in een hoek in een beddenbakje; het was 3 jaren oud;
zijn vader was gisterenavond met het kind in de wijnberg
geweest; het had enige bessen gegeten en de vader had het luid
schreiend teruggebracht; de moeder had het gedurig op de schoot
gehad en tevergeefs alle middelen beproefd; het zag er reeds uit
als dood, ja, het scheen werkelijk dood te zijn. Toen liep zij naar
de Jodenstad om Jezus, want de heidenen hadden zijn genezingen
van gisteren vernomen.
Jezus zei haar: “Laat Mij met het kind alleen en zend
Mij twee van mijn leerlingen.” Judas Barsabas en Natanael
de bruidegom kwamen weldra binnen. Jezus nam het kind
van zijn bedje op zijn schoot in zijn armen, legde
diens borst tegen de Zijne – het lag dwars om Hem en
tegen Hem aangesloten – en Hij neigde zijn
aangezicht naar dat van het kind en ademde het
aan. Toen opende het kind de ogen en bewoog zich en Jezus
hief het vóór zich in de hoogte op. Hij beval aan de
beide leerlingen hun handen op het hoofd van het
kind te leggen en het te zegenen; zij deden dit en toen was
het kind volkomen gezond en Hij bracht het tot de ouders,
die vol gespannen verwachting waren, en die, na het omarmd te
hebben, onder een vloed van tranen vóór Jezus neerknielden. De
vrouw zei nog: “Groot is de Heer God van Israël; Hij is boven
alle goden; mijn man heeft het mij reeds gezegd en ook ik wil
geen andere God meer dienen.”
Er waren welhaast vele mensen verzameld en zij brachten nog
verscheidene andere kinderen tot Jezus. Een éénjarig
knaapje genas Hij door handoplegging.
Fascikel 17
1239