Hier nu rondom de bron waren op Jezus’ en Issakars uitnodiging
talrijke mensen bijeengekomen en van op de leerstoel richtte
Jezus het woord tot het volk. Hij sprak over de
vervulling van de belofte, de nabijheid van het Rijk,
de boetvaardigheid en bekering, en over de wijze om
Gods barmhartigheid af te smeken, indien men
genaden en wonderen wil verkrijgen.
818.
Sprekend over Elizeüs, die (te Dotan veelvuldig
verbleven en) hier eveneens onderwezen had,
verhaalde Jezus hoe de Syriërs hem gevangen wilden
nemen, doch met blindheid geslagen werden, en hoe
Elizeüs hen daarop naar Samaria in de handen van
hun vijanden leidde en hen daar gastvrij deed
onthalen en vergasten en geen wraak nam, ja, dat
hij zelfs zijn met blindheid geslagen vijanden weer
ziende maakte en ze tot hun koning terugzond, en
Hij paste dit toe op de Zoon des mensen en op de
vervolging van de Farizeeën tegen Hem.
De zienster zal dit wonder straks in nr. 818 beknopt memoreren. In fasc. 3,
nr. 89, voetnoot 194, is het niveau van tell Dotan 40 m te hoog aangegeven.
Fascikel 19
1438
|