background image
waren mislopen en ontaarde leerlingen van Joannes; zij spanden
ook met de Herodianen samen en waren uitgezonden om te
spioneren, vooral om uit te horen wat Jezus leerde over zijn Rijk;
zij waren veel strenger, hoffelijker en fijner van manieren dan de
leerlingen van Jezus. Bij hen was het vel van Joannes reeds in
een soort stool van schaapsvel, en zijn lering in een stijf,
sektarisch formalisme veranderd.
Andere leerlingen van Joannes. –
Het geval Mt. 11, 1-15; Lk. 7, 17-30.
Omstreeks 5 uur kwam er nog een andere groep Joannes-
leerlingen aan; zij waren met hun twaalven.
Twee van hen waren door Joannes gestuurd als eigenlijke
gezanten en de overigen waren als getuigen meegekomen.
Op het ogenblik van hun aankomst begaf Jezus zich juist uit het
landschap naar Megiddo terug en zij volgden de andere leerlingen
op de voet. Enige van hen waren bij de laatste wonderen van
Jezus tegenwoordig geweest en tot Joannes teruggelopen.
Ook waren sommige Joannes-leerlingen, aanstonds na de
opwekking van de jongeling van Naïm van de schaar afgeweken
en naar Macherus gesneld (Lk. 7, 18), waar zij tot Joannes zeiden:
“Wat is er aan de hand? wat beduidt dat?
Wat is daarvan te denken? Hoe zit dat allemaal ineen?
Dit alles hebben wij van Hem gezien, zulke woorden van Hem
gehoord! Maar anderzijds zijn zijn leerlingen veel vrijer in het
vasten dan wij! veel lakser in alle wetsonderhoudingen!
Wie moeten wij volgen? Wie mag Hij zijn?
Waarom geneest Hij alle zieken, troost en helpt Hij geheel
vreemde mensen, en verzet Hij geen enkele stap om u te
verlossen?”
Fascikel 20
1582