woedender aan, daar hij gezien heeft dat zijn slachtoffer hem nog
kan ontsnappen. Misschien is dit haar bezetenheid (cfr. Lk. 8, 2).
Ik meen dat haar definitieve bekering weldra zal plaats hebben
onder een prediking van Jezus op een plaats die ten hoogste een
dagreis van Magdalum gelegen is (zie nrs. 982 tot 989).
Verdere lering op de berg.
921.
5 december. –
Jezus zette heden zijn lering op de berg voort; het
ging nog over de tweede zaligspreking en Hij
verklaarde daarbij vele teksten uit de profeten.
Maria is heden met de weduwe van Naïm en Maria van Kleofas
naar Kana afgereisd.
Bij Kafarnaüm (in het dal Tabiga) doopte Saturninus met enige
andere leerlingen nog gedurig voort; onder anderen waren daar
vele Joden uit Achaia (het vaderland van Saturninus in
Griekenland) ten doop gekomen. Hun voorouders waren ten tijde
der deportatie der Joden naar Babylonië daarheen (naar Achaia)
gevlucht.
De leerlingen hebben heden op de berg een afzonderlijke tent
voor Jezus opgericht; ik heb hen daarin gezamenlijk ook iets zien
eten; zij hebben zich die tent in Betsaïda-Julias aangeschaft.
Bij deze gelegenheid zag ik het een en ander in deze stad.
Er worden daar vele tenten en vele grove dekens gefabriceerd.
Het is een nieuwe prachtige stad, gebouwd volgens heidens
model, maar er wonen ook Joden in, die geleerd zijn en zich voor
fijne en zeer verlichte geesten houden. Er is daar een school voor
alle hogere wetenschappen. Jezus is nog niet in die stad geweest,
maar zij komen van daar hierheen, ook naar Kafarnaüm, waar
zelfs reeds hun zieken genezen werden.
Fascikel 20
1673
|