background image
Dan zei Hij tot de leerlingen dat Hij hen na de
sabbat wilde uitzenden, na hun zijn zegen gegeven
te hebben. Zes (apostelen) wilde Hij bij zich houden
en zes uitzenden en aan elke apostelengroep wilde
Hij een schare van leerlingen toevoegen.
Opstand tegen de Farizeeën (Mt. 12, 23).
948.
Maar nu ontstond in de stad gedurende zijn lering vóór de sabbat
een groot tumult. Het wonder met de zwijnen en de bevrijding
van de stomme en blinde bezetene hadden een groot opzien
verwekt. Er waren heden namiddag ook meerdere schepen met
Gergesener-joden overgekomen, die de wonderen vertelden,
welke zij gezien hadden. Maar de Farizeeën strooiden overal het
gerucht uit dat Jezus de duivelen door de duivelen uitdreef. (Deze
beschuldiging en de weerlegging ervan door Jezus vindt, men in
de drie evangeliën Mt. 12, 24-37; Mk. 3, 22-30; 11, 15-26).
Dit mishaagde het volk en het kwam in grote menigte vóór de
synagoge samen. Op het ogenblik dat Jezus (enkele uren geleden)
de stad naderde, was de blinde en stomme bezetene Jezus zonder
leider razend en woedend door de straten tegemoet gerend.
Vele mensen waren hem gevolgd en hadden het wonder van zijn
bevrijding gezien. De getuigen waren door dit alles zo opgetogen,
dat zij zich verontwaardigd ergerden aan de haat der Farizeeën,
want dezen hadden, tijdens Jezus’ afwezigheid over het Meer, de
laster uit hun duim gezogen dat Hij door de duivelen de duivelen
uitdreef en de zieken genas, en dit deden zij ook nu weer.
Ik zag dat vele van de toegestroomde burgers een kort,
eigenaardig schietgeweer droegen; het had een rond, dik deel,
gelijk een kolf, met leder overtrokken, en er was nog een dunne
stok bij; het geweer had gaten; ook hadden zij korte, scherpe
pijlen, die zij er uit konden trekken. (Een soort kruisboog,
Fascikel 21
1740