background image
Jezus trok door het dal over de zuidelijke berg. De leerlingen
verspreidden zich om die stad en enige andere, meer oostelijk in
het dal (of: in een ander dal) gelegen steden, te bezoeken.
Jezus leerde op een hoogte bij Naässon; Hij trof er nog
mensen aan die uit Kafarnaüm terugkwamen en ook heidenen;
dikwijls trokken groepen mensen een heel eind ver met Hem mee;
ik zag Hem ook bij herders. In het algemeen genas Hij
heden vele zieken, ondermeer een paar mannen, die
geheel misvormd aan de grote weg lagen met het ene
been ingetrokken en het andere lang uitgestrekt; Hij
nam hen bij de hand en beval hun op te staan; zij
verlangden Hem te volgen, doch Hij verbood het hun.
Hij ging nog door een dal (door het dal hetzij ten noorden of ten
westen van de berg Hazzoer) en kwam op een hoogte (die) vóór
een stad (gelegen is). Ik meen dat het Abram in Aser kan zijn
(= ‘Ebron uit Jos. 19, 28)496.
496 Jezus’ reis van Kirjataïm naar Abram wordt, zoals vaak, elliptisch,
onvolkomen beschreven.
Zuidwaarts verder trekkend, doorkruist Hij de vallei die men op de kaart
hiervoor en grote kaart 2 ten zuiden van Kirjataïm ziet.
Hierna komt Hij op de berg Naässon.
Fascikel 21
1799