daar gelaten als bestuurder van het kasteel en het landgoed; ik
hoop dat ook de man, die tot dan toe met Magdalena daar in
zonden geleefd heeft, zich zal beteren, want Lazarus heeft hem
niet weggejaagd, maar ernstig en met goedheid vermaand en hem
woning en bestaan op het hooggelegen landgoed bij Ginnim
(Engannim, thans Djenin) aangeboden.
(Reeds is dit buitengoed herhaaldelijk ter sprake gekomen, zie
vooral fasc. 4, nr. 105, voetnoot 224).
Die man heeft het zonder weerstand ootmoedig aangenomen.
Fascikel 22
1914
|