Het ware bekken lag evenwel aan de weg die over Hebron naar Gaza
leidt, nader bepaald: in de nabijheid van Betsoer, 7 km ten noorden van
Hebron.
***
1044.
22 januari. –
Ik zag Jezus heden in Betsoer, zonder noemenswaardige stoornis
in enige huizen zwaarzieke ouderlingen genezen, o.m. ook
waterzuchtigen. De inwoners waren zeer goed gezind en de synagoge-
oversten leidden zelf Jezus naar de huizen. Hij trad ook op in de
school en ik zag Hem een groot aantal kinderen zegenen, eerst
jongens en dan meisjes, beneden in de synagoge. Hij hield zich
lang bij de kinderen op en genas er ook enige. Ik weet nog niet
zeker of Hij naar Jeruzalem zal gaan. Vóór Betsoer ligt een
mooie dreef.
Afhaling van het lichaam van Joannes.
Reeds gisterenavond zag ik de leerlingen vóór Macherus
aankomen; zij waren ten getale van 10:
- Saturninus,
- Judas Barsabas,
- Jakobus van Kleofas (de kleine Kleofas of Natanael, een zoon
van Anna Kleofas uit nr. 815, later weer genoemd in nr. 1350),
- Heliakim,
- Sadoch,
- de 2 neven van Jozef van Arimatea,
- de zonen van Joanna Chusa en
Veronika, en
- de neef van Zakarias.
Zij lieten de ezel achter bij een boerenhuis en namen de
gereedschappen, die hij gedragen had, met zich mee.
Fascikel 22
1977
|