die riep: “Dit is mijn geliefde Zoon, in Wie Ik mijn
behagen vind; luistert naar Hem!”
Nu werden de apostelen met een eerbiedige vrees en een gevoel
van schrik en ontzag bevangen en zij wierpen zich op hun
aangezicht ten gronde neer, en eerst nu drong het weer tot hen
door, dat zij een grote (goddelijke) heerlijkheid gezien hadden; zij
waren vol ontzag voor Jezus, voor Wie zij de hemelse Vader
getuigenis hadden horen geven.
Fascikel 24
2291
|